Zoeken
Zoeken

Aansluiten bij behoeften van het hoog intelligente kind

Zorg en onderwijs verbinden

Wat Cedin uniek maakt, is de combinatie van zorg en onderwijs binnen één organisatie. Ter gelegenheid van de Week van de Hoogbegaafdheid delen we dit artikel, waarin we laten zien hoe we ervoor kunnen zorgen dat een kind met hoge intelligentie de juiste ondersteuning krijgt en hoe we daarvoor de samenwerking binnen de driehoek kind-gezin-school vormgeven.

In gesprek met Titia Nossin, orthopedagoog-generalist en praktijkhouder van onze zorgpraktijk in Zuidhorn en Martijn Nouwens, senior onderwijsadviseur en o.a. Specialist Hoogbegaafdheid.

Titia: ‘Iedereen kan zich ontwikkelen, altijd! Alleen niet alle kinderen ontwikkelen zich gelijk. Als ouders zorgen hebben over het welzijn van hun kind maken wij binnen de jeugdhulp daarom altijd een brede analyse. Daarbij kijken we naar een kind in zijn eigen omgeving: het gezin, de school en de sociale omgeving. Met gesprekken en screening-vragenlijsten zoeken we samen naar aanknopingspunten voor de juiste ondersteuning. Wat heeft dit kind nodig om vooruit te komen? Ons doel is dus niet om een diagnose te stellen, maar om met onze hulp aan te sluiten bij de behoeften van het kind.’

Martijn: ‘Soms ontstaat tijdens een jeugdhulptraject het vermoeden van hoge intelligentie en kan een intelligentieonderzoek uitsluitsel daarover geven. Zo’n onderzoek geeft ons een cognitief profiel en biedt daarmee aanknopingspunten voor verder handelen. Het draait bij Cedin dus niet om het label ‘hoogbegaafd’ of niet, maar om de vraag: wat heeft dit kind nodig? In plaats van te denken in hokjes, kijken we naar kenmerken en mogelijkheden. We hanteren een bredere, open benadering die recht doet aan de unieke ontwikkeling van ieder kind. Dit perspectief zit geworteld in wetenschappelijke inzichten en houdt rekening met diverse visies op begaafdheid.’

Titia: ‘Het gaat ons er niet om wat een kind heeft, maar om wat dit kind nodig heeft. Daarom kijken we niet naar labels, maar naar mogelijkheden. Hoogbegaafdheid is geen classificatie, maar een manier om ontwikkeling te begrijpen. Een diagnose beschrijft wat je ziet, maar vertelt niet wat een kind nodig heeft. Bij Cedin richten we ons op een sterkte-zwakteanalyse: wat kan dit kind goed, waar loopt het tegenaan en hoe kunnen we daarbij helpen?

Martijn: ‘Wanneer er sprake is van een hoge intelligentie, komt vaak ook de vraag: moet er op school iets veranderen? Heeft dit kind iets anders nodig in het onderwijs? In dergelijke situaties kijken we vanuit onderwijsadvies graag met onze zorgcollega’s mee. We denken en luisteren mee vanuit onze expertise om te ontdekken welke aanpassingen binnen de school mogelijk zijn. Dit is namelijk echt een onderwijsvraagstuk, en als daar behoefte aan is, worden we erbij betrokken. Soms is hiervan het resultaat dat in een multidisciplinair overleg (MDO), leerkrachten, ouders, de intern begeleider, een regiebehandelaar en eventueel een specialist hoogbegaafdheid samenkomen om de beste ondersteuning te bepalen.’

Titia: ‘Wanneer we goed in kaart hebben wat een kind nodig heeft van zijn ouders, de klas en de leerkracht, bekijken we welke gerichte adviezen nodig zijn. Een belangrijk aspect daarbij is dat ouders zich gehoord voelen. Vaak worstelen zij zelf met vragen over hoogbegaafdheid: wat betekent dit voor ons kind, voor ons als ouders en voor ons gezin?’

Martijn: ‘We zien daarnaast dat ouders soms onbewust invloed uitoefenen op het gedrag van hun kind, bijvoorbeeld door hun eigen verwachtingen. Sommige zorgen worden vanuit een negatieve invalshoek gesteld, terwijl het juist helpend kan zijn om te kijken naar mogelijkheden. In zulke situaties betrekken we wetenschappelijke modellen en artikelen om inzicht te geven in de rol van omgevingsfactoren. Zo helpen we ouders niet alleen om hun kind beter te begrijpen, maar ook om te reflecteren op hun eigen rol en invloed. Niet met de vraag doe ik het wel goed? Maar met de vraag: wat heeft mijn kind hierin van mij nodig?’